25. De Tweede Wereldoorlog

Op 10 mei 1940, onmiddellijk na de Duitse inval in Nederland, werden zeven Duitse schepen in de buurt van Curaçao in beslag genomen. De staat van beleg werd afgekondigd en diverse maatregelen werden genomen. Duitsers en Oostenrijkers, onder wie ook joden die hier woonden of hierheen gevlucht waren, werden in interneringskampen op Bonaire ondergebracht. Ook werden personen die verdacht werden van communistische of nationaal-socialistische sympathieën opgesloten.

Vanwege het strategische belang van de raffinaderij voor de Geallieerde oorlogsvoering werden op verzoek van de naar Londen gevluchte Nederlandse regering vanaf december 1940 Britse troepen op het eiland gestationeerd. Tot begin 1942 ondervond Curaçao weinig last van de oorlog. Dit veranderde spoedig. Na de Japanse aanval op de Amerikaanse vlootbasis te Pearl Harbour, op 7 december 1941, waren ook de Verenigde Staten in de oorlog betrokken. In februari 1942 werden de Britse troepen vervangen door Amerikaanse. De aanwezigheid van de Amerikaanse militairen bracht grote bedrijvigheid met zich mee, onder meer door de verbetering van de infrastructuur van het eiland.

Het Caribisch gebied werd toen ook het doelwit van aanvallen door Duitse duikboten. De duikbotenoorlog in het Caribisch gebied werd “Operation Paukenschlag” genoemd. De Duitse duikboten probeerden de olietransporten van het Lago de Maracaibo naar Curaçao en de levering van olieproducten van Curaçao aan de Geallieerden te ondermijnen. Op 16 februari 1942 werd de eerste van de vele aanvallen uitgevoerd. Veel schepen en mensenlevens zijn door duikbootaanvallen verloren gegaan. Aan het Waaigat staat een monument ter herinnering aan de vele slachtoffers.

Het koloniale bestuur kwam in grote problemen bij de ‘Chinezenincident’ in april 1942.

Na de eerste aanvallen van de Duitse duikboten weigerden ongeveer 400 Chinese matrozen te gaan varen. Ze eisten meer veiligheid op de tankers en verhoging van hun loon met een oorlogstoeslag, zoals die ook werd toegekend aan andere zeevarenden. Toen er geen oplossing werd gevonden, werden de Chinese stakers in maart 1942 opgesloten in een kamp bij Suffisant. Daar ontstond op 20 april een opstand waarbij vijftien Chinezen werden doodgeschoten en vierenveertig gewond raakten. Niemand werd aansprakelijk gesteld voor dit dodelijk geweld.

Tijdens de oorlog werden vele hulpacties georganiseerd door verschillende hulporganisaties die opgericht werden met het doel om de oorlogsslachtoffers in Nederland te ondersteunen met geld, hulpgoederen en kleding. Enkele van deze organisaties waren het Comité ‘Steun Aan de Nederlandse Oorlogsslachtoffers Curaçao’ (SANOC), onder leiding van de arts Chris Engels, het ‘Comité Nederland’ van de werknemers van de C.P.I.M. (raffinaderij) en het ‘Steunfonds Katholiek Nederland’.

Het streven naar autonomie werd tijdens de oorlog versterkt met name door een rede die Koningin Wilhelmina hield op 7 december 1942, waarin ze naar autonomie verwees.

Afbeelding Vensteroverzicht: laden van afweergeschut op het Waterfort in Punda. Nationaal Archief Curaçao.

Foto’s boven: (Nationaal Archief Curaçao)

1. Het geïnterneerden kamp Playa Pariba op Bonaire.

2. Een Duitse U-boot rond de wateren van Curaçao.

3. De begraafplaats van de 15 omgekomen Chinezen bij de “Chinezenopstand van 1942”.

 

Klik hier voor de lesbrieven over de Tweede Wereldoorlog:

  1. Lesbrief WOII_Lesbrief Oorlogslachtoffers
  2. Lesbrief WOII_Lesbrief Economie en Bestuur
  3. Lesbrief WOII_Lesbrief Dagelijks leven in WOII
  4. Lesbrief WOII_Lesbrief Militaire Zaken