50. Media
De opkomst van de media op Curaçao gaat terug naar het begin van de negentiende eeuw. Kleine Curaçaose drukkerijen, bijvoorbeeld die van Augustin Bethencourt, speelden in die tijd een belangrijke regionale rol. In veel buurlanden was censuur en daarom vond drukwerk dat controversieel leek in de ogen van de autoriteiten hier een plek. De eerste Curaçaose krant, de ‘Curaçao Gazette’ verscheen in 1812 in het Engels. De tweede krant, de ’Amigoe’, in het Nederlands, werd geïnitieerd door de rooms-katholieke Kerk en verscheen voor het eerst in 1883 en bestaat nog steeds. In 1889 verscheen: ‘La Union’ en in 1900 ‘La Cruz’, beide opgericht door de katholieke kerk om de bevolking in het Papiaments te kunnen bereiken. In 1930 begon de olieraffinaderij Shell met het publiceren van de ‘Beurs en Nieuwsberichten’, in het Nederlands. De eerste krant in het Spaans, La Prensa, verscheen in 1928. De opstand van 30 mei 1969 leidde tot een groei van het aantal Papiamentstalige kranten.
De media op Curaçao waren in de twintigste eeuw sterk verbonden met religie, politiek of beide, en hadden slechts weinig middelen. Zo waren de drie invloedrijke kranten, La Cruz, La Union en Amigoe in handen van de katholieke kerk. Media krijgen tot vandaag de dag veel kritiek op het gebrek aan onafhankelijke journalistiek, hun oppervlakkigheid en hun gebrek aan een kritische en analytische aanpak. Zo waarschuwde de UNESCO in 2016 dat de media op Curaçao niet in staat zijn hun rol als waakhond ten opzichte van de overheid en de andere machtige actoren in de samenleving goed te vervullen. Maar er zijn ook momenten in de geschiedenis geweest waarbij de media een belangrijke rol speelden. Zo werden er in de periode voor de opstand van 30 mei 1969 diverse bladen opgericht die de sociaal-economische ongelijkheid op Curaçao veroordeelden. Vooral het blad Vitó, dat in 1967 in het Papiaments begon te publiceren, kreeg een groot aantal aanhangers, ook onder de onderlaag van de bevolking. Hoofdredacteur Stanley Brown werd na de opstand veroordeeld voor het publiceren van opruiende teksten, die, naar men meende, aanleiding hadden gegeven tot de opstand in mei 1969. Frank Martinus Arion gaf in dezelfde tijd ‘Ruku’ uit, ook in het Papiaments, met gelijkluidende maatschappelijke aanklachten.
Curaçao kent heden ten dage een groot aantal media: er zijn zo’n 30 radiostations, zeven kranten, vier tv-stations en diverse nieuwssites voor de bevolking van een eiland met iets meer dan 150.000 inwoners. Samen ondersteunen ze een levendige debatcultuur en vooral de radio, met talrijke populaire inbelprogramma’s, is niet weg te denken uit het dagelijks leven. Net als in de rest van de wereld spelen social media ook op Curaçao een steeds belangrijkere rol in de nieuwsvoorziening. Curaçaoënaars op het eiland en daarbuiten volgen opiniemakers en journalisten vooral via Facebook, maar starten ook zelf een online radiostation, blog of website over de actualiteiten.