16. Gebouwen
Fort Amsterdam is het oudste gebouw op Curaçao. Het werd in 1635, een jaar nadat de West- Indische Compagnie het eiland op de Spanjaarden had veroverd, gebouwd op de oostelijke oever van de Sint Annabaai. Dit betekent dat op Curaçao geen bouwwerken bewaard zijn gebleven uit de precolumbiaanse tijd en de Spaanse periode (1499-1634).
Aan de noordzijde van Fort Amsterdam ontstond in de loop van de zeventiende eeuw een kleine nederzetting die ‘De Willemstad’ werd genoemd. De eerste huizen die hier werden gebouwd zijn beïnvloed door de architectuur uit Amsterdam. Kenmerkend zijn de hoge smalle voorgevels en de diepe zijgevels. De voorgevels zijn voorzien van tuitgevels waarop een rechthoekig lijstwerk is geplaatst met daarop een klein fronton. Deze eerste bouwstijl uit de zeventiende eeuw, die de Curaçaos-Hollandse stijl wordt genoemd, werd niet alleen toegepast in Willemstad maar ook bij de huizen op de plantages, de landhuizen.
Een kenmerkend onderdeel van de traditionele architectuur op Curaçao zijn de galerijen. Dit waren aanvankelijk open houten of stenen constructies die tegen de voorgevels van de huizen in de stad werden geplaatst. Later werden galerijen een structureel onderdeel van gebouwen zowel binnen als buiten de stad.
In de achttiende eeuw kwam de Curaçaose Barok in de mode met zijn sierlijke gebogen gevellijnen en arcades. Deze uitbundige bouwstijl werd in de eerste helft van de negentiende eeuw afgewisseld door een sobere bouwstijl die weer teruggreep op de tuitgevel uit de zeventiende eeuw. De afmeting en detaillering waren echter eenvoudiger geworden, waardoor deze stijl te onderscheiden is van de oudere stijl.
Door invloeden vanuit Nederland en de Verenigde Staten ontwikkelde zich in de tweede helft van de negentiende eeuw het neoclassicisme, een bouwstijl die gebaseerd was op de architectuur van de Grieken en Romeinen. De meest kenmerkende elementen van deze stijl zijn de toepassing van zuilen en frontons (driehoeken). Het neoclassicisme is gebruikt voor zowel stadsvilla’s als eenvoudige woonhuizen en eveneens voor landhuizen.
In de eerste helft van de twintigste eeuw kwam Curaçao in contact met de internationale bouwstijl die ook wel het ‘nieuwe bouwen’ wordt genoemd. Ook in deze periode zijn er duidelijke invloeden in de bouwkunst waar te nemen uit zowel Europa als de Verenigde Staten. Zo is bijvoorbeeld de voorgevel van de voormalige bioscoop Cinelandia geïnspireerd door de Art Deco in Miami en het voormalige KNSM-gebouw door de architectuur van de Nederlandse architect Dudok.
Naast de formele westerse bouwstijlen ontwikkelde zich ook een architectuur met duidelijke Afrikaanse invloeden. Op de plantages bouwden de slaven hutten van leem die met stro van maïs werden afgedekt, de zogenaamde kas di pal’i maishi. Na de afschaffing van de slavernij heeft dit gebouwtype zich ontwikkeld tot kleine eenvoudige woonhuizen van steen en later ook van hout. De indeling van de kas di yerba bleef lang het uitgangspunt. Verspreid over het eiland ziet men nog veel van deze huizen, met hun schuin aflopende muren, staan.
De gebouwen op Curaçao hebben een Caribisch karakter gekregen door de invloeden van een multiculturele samenleving en het klimaat. De opvallende bonte kleuren op de gevels gaan terug op een verordening uit 1817, waarmee gouverneur Kikkert de eigenaren verplichtte om de wit gekalkte voorgevels in de binnenstad een kleur te geven.